Likkebaardend keek de NFL en haar schare vooruit op hét affiche van dit weekend: Manning-Brady XVI, of gewoon: New England Patriots – Denver Broncos. De twee ploegen die in de AFC het beste record hebben in hun divisie en afstevenen op die felbegeerde playoff-plek. Het werd opnieuw een overwinning voor Tom Brady en zijn Pats (43-21) en de tussenstand tussen beide grootheden werd hiermee vergroot tot 11-5 in het voordeel van ‘The Comeback Kid’.
Even leek het het eerste duel in de sneeuw te worden van dit seizoen, maar op tijd (voor Manning) werd het droog en kon Gillette Stadium sneeuwvrij worden gemaakt. Desalniettemin was het koud. Beide teams schoten echter heet uit de startblokken en het eerste kwart was boeiend, maar qua scores weinig verheffend. Het gat werd geslagen in het tweede kwart, toen Peyton de bal recht in de handen van Rob Ninkovich wierp. Brady vond vervolgens met een aantal raketworpen zijn maatje Edelman en zag dezelfde Julian vlak voor rust een punt return terug brengen in de endzone. Ruststand: 27-7.
Gespeeld? Ja. Even leken de Broncos terug te komen na een INT van Brady en daaropvolgende TD van Julias Thomas, maar deze opleving bleek van korte duur. Wes Welker kreeg ongekende beuk in zijn rug waarna Browner er met de INT vandoor ging. TD’s voor LaFell en Gronkowski gooiden het duel vervolgens op slot.
‘If the quarterback stinks,’ begon Manning na afloop, ‘usually you’re not gonna win many games. I don’t usually stink, but I stunk today.’
En Brady? Die was de rust en diplomatiek zelve, as usual: ‘It was a great team win. We got a lot of help from our defense.’