Een abonnement op Gridiron The Magazine? Vier bewaarnummers voor een lage prijs!

NFL Weekly: Barry gaf antwoord, maar wij bleven de vraag stellen

‘Bye Bye Barry’ is een absolute must-watch docu over de loopbaan en het leven van Barry Sanders, misschien wel de beste running back ooit. Zonder dat wij luisterden, gaf hij allang antwoord op die ene vraag die we daarna maar bleven herhalen. Een recensie.

Door: Jeroen van den Berk

Al bijna 25 jaar is het een onderwerp van gesprek – een mythe bijna – dat Barry Sanders in 1999, heel onverwacht en met nog een aantal topjaren in zich, de NFL de rug toekeerde. Daarmee liet hij de Detroit Lions, de fans en de Amerikaanse sportwereld vertwijfeld achter.

De onlangs op Amazon (Prime Video) verschenen docu ‘Bye Bye Barry’ afficheert op de poster te komen met het antwoord op ‘the greatest mystery in sports history’.

Spoiler alert: er is niet een spannend moment, cliffhanger of grote onthulling waarop we dat antwoord krijgen.

Dat antwoord is namelijk vanaf het begin van de docu – en dus vanaf het begin van zijn college-carrière in de jaren tachtig – al vaak gegeven, zoveel wordt wel duidelijk in deze fascinerende documentaire. Een aanrader voor iedere NFL-liefhebber en sportfan.

In de docu vertelt Barry zijn kant van het verhaal. Zittend op een stoel, op het podium in een leeg theater in Detroit. Coaches, teamgenoten, journalisten, en beroemde bewonderaars en Lions-fans – rapper Eminem, acteurs Tim Allen en Jeff Daniels, basketballer Jalen Rose – geven kleur door hun persoonlijke gevoelens over Barry Sanders te delen.

Zijn opkomst, ontwikkeling en topjaren als NFL-speler zijn gaaf om terug te kijken. De wedstrijdbeelden zijn spectaculair om te zien. Echter is het inkijkje in zijn persoonlijkheid en het stap-voor-stap begrijpen hoe hij in elkaar steekt, veruit het meest interessant.

Het fatsoen, de onbaatzuchtigheid, het ontbreken van ego en de bepalende relatie met zijn vader – daarover zo meer – zijn meeslepend. De documentaire herinnert ons ook hoe bescheiden, bijna schuw en totaal niet geïnteresseerd in roem hij was. Uit het goede hout gesneden als persoon, en toevallig gewoon héél goed in deze sport.

Hij verliet de NFL op schotsafstand van het alltime rushing-record: nog 1500 yards en hij had Walter Payton onttroond. Maar Sanders had geen belangstelling in zulke individuele prestaties. Dat hadden we kunnen weten.

In zijn rookie-seizoen bij de Lions moest hij nog 8 yards om de NFL rushing title van dat jaar te winnen – maar hij zette zichzelf op de bank. Hij deed precies hetzelfde al in high-school. Hij had ieder persoonlijk record voor het grijpen, maar gaf liever anderen de kans om te spelen als een wedstrijd al was beslist. Waarom doorgaan voor eigen glorie? De verbazing bij teamgenoten was enorm. Barry ging gewoon zitten.

In 1988 won hij de Heisman Trophy, met ruime voorsprong op onder meer Troy Aikman. Sanders was in Japan voor een wedstrijd, maar met natte ogen nam zijn vader William Sanders het beeld in ontvangst. Dat patroon zou zich vanaf dat moment herhalen: Barry schitterde op het veld, zijn vader sprak erover – veel en vaak – voor de camera’s.

Een journalist die voor meteen na de draft een interview kreeg toegezegd van Barry, kwam van een koude kermis thuis. Barry was er niet. Toen-ie hem eenmaal had opgespoord, zei hij dankbaar te zijn voor de kans om prof te worden. Als hij meer wilde weten, moest hij maar naar zijn vader gaan.

William Sanders was een dakdekker en klusjesman. Hij had een aanstekelijke, extravagante persoonlijkheid. Hij was streng maar rechtvaardig voor zijn 11 kinderen, die hij stimuleerde en steunde om hun best te doen, maar altijd met beide benen op de grond hield. Eén keer juichte Barry na een touchdown iets te uitbundig: niet meer doen. Sindsdien gaf Sanders de bal aan de scheidsrechter en liep kalm terug naar de zijlijn – zijn hele loopbaan lang.

Het ongeloof was groot bij vader William, toen zijn zoon voor Oklahoma State koos in plaats van voor Williams’ geliefde Oklahoma Sooners. Maar vanaf het moment dat Barry succes had en de NFL bestormde, was hij er altijd en overal.

Aan de zijlijn bij wedstrijden van de Lions. Voor de camera’s. Altijd een mening. Het contrast met Barry zelf – die bijna nederig was over zijn prestaties – was groot. De roem hoefde voor hem allemaal niet. En wat hij ook niet wilde, was zijn vader overvleugelen. Hij zegt het niet, maar je vóelt het aan alles.

Zonder psycholoog van de koude grond te zijn, of daarover te oordelen: William Sanders is de sleutel in het verhaal Barry Sanders. Met als ultiem moment van plaatsvervangende schaamte de Hall of Fame-speech die William gaf in 2004 in Canton, Ohio.

“En nu wil ik u voorstellen aan de derde beste running back die er ooit was, Barry Sanders.”

De andere twee? Jim Brown – het idool van William – en hijzelf. Dat was geen grap. De ultieme cringe, en Barry lachtte minzaam op de achtergrond.

Terug naar het veld, de jaren ervoor. In Detroit zat het hem zeker dwars dat het team maar niet verbeterde. De club faalde om een selectie om hem heen te bouwen die in staat was om te winnen. Maar nooit vroeg hij om een trade. En zijn loyaliteit werd verre van beloond, omdat de Lions zelfs steeds vaker goede ervaren spelers lieten gaan.

Dat deed veel met Sanders. Zijn teamgenoten met wie hij de kern van het team vormde, hadden elders succes. Langzaam liep de lucht uit de ballon. Wat ook niet hielp, was dat hij twee keer van dichtbij zag hoe een speler ernstig geblesseerd raakte. Dat deed iets met hem.

Sanders was nog altijd goed – hoewel hij zelf later zei dat hij, als hij niet met pensioen was gegaan, nog maximaal 2 of 3 jaar had kunnen spelen – maar het vuur werd langzaam kleiner. Het uitblijven van succes, het zwakker wordende team, en het feit dat hij niet uit was op persoonlijke glorie.

Veelzeggend: hij vertelde het niet aan zijn vader dat hij ging stoppen. Wel aan zijn moeder. Maar William kwam er pas later achter, toen Barry al in Londen zat. Weg van de Lions, de media en van zijn vader.

Hij ging gewoon. Naar een ander continent, wachten tot de storm overwaaide. Een fax naar de lokale krant in Wichita, dat was het. Maar wel met een cruciale zin: “My desire to exit the game is greater than my desire to remain in it.”

Als we beter hadden opgelet, hadden wij onze vraag niet een kwarteeuw nog hoeven te herhalen.

Er zitten ook wat onbeantwoorde zaken níet in de docu. Wilde Sanders inderdaad zijn hele bonus van 7 miljoen teruggeven, als hij naar een andere club kon? Stond de deur naar de Washington Redskins inderdaad op een kier? En hadden de Lions inderdaad Deion Sanders willen hebben in de draft, en was de carrière van Barry Sanders dan totaal anders gelopen?

Uiteindelijk is het simpel: Barry hield niet meer genoeg van football. De Lions stonden stil, zijn favoriete teamgenoten waren weg, het vuur om te strijden was gedoofd.

Ik moet mezelf wel corrigeren: eigenlijk zit er wel een cliffhanger in de docu, die je bijna een onthulling kunt noemen. Barry keert terug naar Londen, nu met zijn vier zoons, om te vertellen over zijn beslissing van destijds (en grappig: om uit te leggen wat een fax is).

Wat opvalt: hij lacht. Zijn gezicht is open. Eindelijk. Hij lijkt los gekomen van de man die zielsveel van hem hield, maar ook begrensde.

Op alle beelden uit het verleden, is die lach niet één keer te zien. Sanders heeft ontspanning in zijn lijf. Hij treedt – een tikje aarzelend, maar toch – meer op de voorgrond en geniet, nu zelf als vader, van het delen van zijn verhaal met zijn zoons. En de fans hebben hem allang weer omarmd.

Barry Sanders, een bijzonder mens.

Auteur Jeroen van den Berk schrijft wekelijks een column voor Gridiron. Hij was als speler actief in Nederland en Duitsland (2000-2018). Hij volgt de NFL op de voet sinds 1999 en is fan van de Detroit Lions. In Gridiron – The Magazine is hij ook te lezen met een verhaal over de Draft van 1983. Een abonnement op het magazine bestel je hier.              

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *